Platenhoezen deel 2

Nog enkele hele mooie hoezen.

Soulville van Ben Webster is één van mijn belangrijkste referentieplaten voor de HiQ. Wat een schitterende opname! Komt helemaal tot zijn recht op de HiQ. De saxofoon klinkt fantastisch. Je hoort de lucht door het apparaat suizen en zoemen. Je hoort het riet trillen, werkelijk fantastisch en heel erg "werkelijke weergave".

En uiteraard prachtige muziek. 
Dit soort platen met een klein ensemble laten de kwaliteit van de HiQ radio duidelijk horen.  Alsof die paar muzikanten in de huiskamer aanwezig zijn. 

Een eerder bijgevoegde plaat is van Johnny Mathis: Open fire, Two Guitars, Johnny Mathis.  Ooit een van mijn eerste originele persingen uit het einde van de jaren vijftig van de vorige eeuw.

Ik had niet zoveel met Mathis, maar deze plaat is positief schokkend goed. 
Heel eenvoudig , unplugged zeggen wij nu. Prachtige strakke bas en wat had die Mathis een schitterende stem! Komt veel meer tot zijn recht op deze plaat dan als crooner met een groot orkest.

Hij gaat diep, hij gaat heel hoog , hij gaat indrukwekkend emotioneel. 
Ik vind zijn versie van My Funny Valentine werkelijk schitterend. Heel persoonlijk gezongen.
Jaren geleden heb ik deze plaat voorgedragen bij Jacques Klöters in zijn zondagochtend radioprogramma De Sandwich. Aan het eind van het jaar kreeg ik van Klöters een extra waardering omdat hij het de mooiste voorgedragen plaat vond van dat jaar. In zijn programma vertelde hij dat hij lang niet meer een plaat had gehoord waar je zo spontaan kippenvel bij kreeg. En terecht. Want het is gewoon zo. 

Telkens als ik hem draai op de HiQ komt het kippenvel terug. Schitterend gitaarspel ook van Al Caiola en Tony Mottola. Prachtige bass als dragend fundament van Frank Carroll en Milt Hinton. Bekende songs als Tenderly, In the still of the Night, Embraceable You, Bye Bye Blackbird en vooral
My Funny Valentine worden op onnavolgbare en zeer persoonlijke wijze ten gehore gebracht. 

Een van de waardigste platen voor de HiQ !!!
Ik heb hem hier nogmaals even bijgevoegd.

René Rijzewijk.